Tips om (meer) circulair te leven

Als je circulair wil leven, gebruik je zo weinig mogelijk nieuwe grondstoffen. Je gooit zo weinig mogelijk weg en gebruikt alleen spullen die je telkens weer opnieuw kunt gebruiken, of die heel makkelijk te recyclen zijn. In jouw leven draait het om Reuse (hergebruik) Reduce (minder gebruiken) en Recycle (hergebruik van grondstoffen).

Wil je meer weten over circulariteit en wat we bedoelen met de R ladder? Check onderstaande PDF voor meer informatie.

Wat is circulariteit?

Praktische tips om meer circulair te leven

  • Maak een moestuin. Zo heb je een nieuwe hobby en houd je lekkere groenten en fruit eraan over
  • Schaf een compostbak aan waar je groente-, fruit- en tuinafval in doet. Na een tijdje heb je compost voor je moestuin
  • Gebruik een regenton om de planten in de tuin water te geven
  • Geef je oude spullen en kleding een tweede leven
  • Lever je afval gescheiden in
  • Gebruik geen plastic tassen, neem je eigen herbruikbare tas mee
  • Voorkom voedselverspilling, doe bewust boodschappen
  • Lever je elektrische apparaten in
  • Koop tweedehands spullen
  • Repareren is beter dan weggooien
  • Deel spullen die je niet vaak gebruikt (denk aan boormachine etc.)
  • Pak wat vaker de fiets

Veelgestelde vragen

Klik hiervoor op de onderstaande blokken

Circulariteit is anders dan recyclen of duurzaamheid, circulariteit is veel groter. Bij een circulaire economie bestaat er geen afval. En als er afval is, wordt dit gezien als grondstof voor nieuwe producten. Grondstoffen worden zo lang mogelijk gebruikt en hier wordt bij het ontwerp al rekening mee gehouden met het hergebruik van onderdelen en grondstoffen. Zo wordt ervoor gezorgd dat er  voor een nieuw product zo min mogelijk nieuwe grondstoffen nodig zijn. In een circulaire economie zorgen we dat grondstoffen, onderdelen en producten hun waarde houden.
 

Hernieuwbare grondstoffen zijn materialen van biologische oorsprong zoals hout, katoen en wol. Ze groeien aan en zijn in principe onuitputtelijk. Maar ook klei is hernieuwbaar, omdat onze rivieren telkens meer klei aanvoeren dan we uit de rivieren winnen.

Circulaire producten zijn nog lang niet overal te koop. Je moet je best goed zoeken om ze te vinden. Toch zijn er een aantal voorbeelden van plekken en producten die al heel circulair zijn. Misschien ben je zelfs wel meer circulair bezig dan je denkt. Denk maar eens aan de kringloop, de tweedehandsauto dealer of bibliotheek.

Een circulair product heb je in eigenlijk in bruikleen van je leverancier. Je betaalt per keer dat je het product gebruikt. Voor veel mensen kan dat zelfs goedkoper zijn dan nu en de drempel die je normaal hebt om iets groots en duurs aan te schaffen wordt een stuk lager.
Ook het maken van een circulair product is in principe goedkoper. Het hele idee is immers om minder grondstoffen te gebruiken en grondstoffen kosten geld.

Vaak precies zoals je gewend bent of verwacht. We geven je een voorbeeld. Een circulair koffiezetapparaat is ontworpen om weer makkelijk uit elkaar te kunnen halen, hergebruiken en repareren. Daar hoef je niets van te zien. Het kan je misschien opvallen dat er meer schroefjes zijn gebruikt dan anders. De kunststof waarvan het apparaat ‘vroeger’ gemaakt is, is nu vervangen voor een duurzaam hernieuwbaar of biobased alternatief. Het kan daardoor wel zijn dat alles wat anders aanvoelt.

Circulair is niet hetzelfde als duurzaam. Circulair is wel per definitie duurzaam, maar andersom is dat niet altijd het geval. Een product wordt duurzaam genoemd als het minder grondstoffen nodig heeft, herbruikbaar of recyclebaar is.

  • R1. Refuse en Rethink (afwijzen en heroverwegen)
    • Stap af van producten of materialen die u eigenlijk niet nodig hebt. Maak een product overbodig door van zijn functie af te zien, of die met een radicaal ander product te leveren.
    • Intensiveer productgebruik (bijvoorbeeld door producten via platformen te delen of multifunctionele producten). 
       
  • R2. Reduce (verminderen)
    Grondstoffen efficiënter gebruiken door minder grondstoffenverbruik tijdens de productie en het gebruik van producten. 
     
  • R3. Re-use (hergebruiken)
    Hergebruik van afgedankt nog goed product, in dezelfde functie door andere gebruiker. Denk bijvoorbeeld aan ontwerpen voor een langere levensduur. Er zijn diverse platforms die gebruikte producten een tweede leven geven. 
     
  • R4. Repair, Refurbish, Remanufacture en Repurpose (repareren, opknappen, reviseren en hergebruiken)
    • Reparatie en onderhoud van een kapot product voor gebruik in zijn oude functie. Verleng zo de levensduur van producten.
    • Opknappen en/of moderniseren van oud product. Maak nieuwe producten van oude producten.
    • Onderdelen van afgedankt product gebruiken in nieuw product met dezelfde of andere functie. 
       
  • R5. Recycling
    aterialen verwerken tot grondstoffen met dezelfde (hoogwaardige) of mindere (laagwaardige) kwaliteit dan de oorspronkelijke grondstof. Denk aan het verwerken en hergebruiken van grondstoffen en reststromen of afval, zoals gras, afvalhout en koffiedik.
     
  • R6. Recover (terugwinnen)
    Verbranden van materialen met energieterugwinning. In een circulaire economie komen zo min mogelijk materialen bij deze stap terecht.